Gisteren was het volgens de mensen die over themadagen gaan Blue Monday. Mocht je het niet weten wat dat is: Blue Monday is volgens kenners de meest deprimerende dag van het jaar. En inmiddels lijkt het net als de Pink Ribbondag tegen borstkanker een commerciële actiedag te worden. Je kon het gisteren zo gek niet bedenken of er werd een link met Blue Monday gelegd. Het meest domme voorbeeld van gisteren vond ik wel de aanbieding van een paar mooie helderblauwe sokken van een orthopedische schoenmakerij. Hoe kom je er op? Waarom?
Je kon er dus niet om heen al zou je willen en ik had het wel gelezen maar ik doe nooit aan dat soort dingen, het extra aandacht geven aan ernstige aandoeningen op 1 bepaalde dag. Vooral als je zelf last hebt van depressies is het namelijk niet zo’n leuke gelegenheid om dit nou eens fijn extra onder de aandacht te brengen dus ik had besloten dat ik er niet aan mee zou doen. Zeker onder het mom: dat wat je aandacht geeft groeit had ik me voorgenomen die beurt over te slaan voor die dag , voor zover dit te plannen was uiteraard.
In het verlengde daarvan kreeg ik van verschillende kanten de vraag of ik naar het Depressiegala ging. Ook al vind ik de grondgedachte van de organisatoren nobel, ik zou nooit naar een dergelijk gala gaan. Ik zou niet weten waar ik de energie vandaan zou moeten halen om me, na een gewone “werkdag”, nog te spoeden naar Amsterdam om daar op van vermoeidheid mijn kwetsbaarheid extra onder de aandacht te brengen. Dat was vragen om moeilijkheden en dus liet ik het aan de BN ‘ers over.
En doordat ik er geen aandacht aan schonk leek het ook wel een hele gewone dag te worden. Niet goed en niet slecht. Voor mij dan. Ik fietste vroeg in de ochtend door de mist naar mijn werk en deed daar mijn ding. Daarna ging ik door naar mijn trajectbegeleider en nog even naar de apotheek. Alles ging best ok. Het was wel teveel achter elkaar geweest (want slecht gepland) en ik kon niet meer nadenken van de spanning in mijn lijf en hoofd toen ik thuis kwam maar ik werd niet down. Na een uur in het donker liggen kon ik weer naar beneden om mijn kinderen te ontvangen en aandacht te geven. Tijdens het avondeten ging het redelijk, oudste kletste de oren van mijn hoofd en jongste zoon wilde steeds van tafel en was erg onrustig maar ik redde het. Ik hoefde niet, zoals wel vaker gebeurd, huilend van overprikkeling naar boven te rennen en te denken dat het “zo niet langer kon”. Dat het maar afgelopen moest zijn…Alles ging gewoon ok!
S’avonds knipte ik dus met een lichte euforie mijn bedlampje uit om te gaan slapen en dacht: het is weer voorbij….. Vandaag geen down gevoel. Ik heb het gered! Morgen weer een dag. Blue Monday me hoela! Mij krijgen ze niet klein.
En toen kwam ik vanmorgen in de klas van jongste zoon. En de juf van jongste zoon vertelde dat jongste gisteren helemaal niet zijn dag had gehad. Hij was zelfs heel boos onder zijn tafel gaan zitten mokken, kon geen kant op en was niet te bewegen om te werken. Het was echt zijn dag niet…….Nou heeft ons semi zonnestraaltje wel vaker zijn dag niet maar ik dacht meteen: het zal toch niet…..zou hij?……..Hij ook?
En ik dacht aan wat ik had gelezen: depressiviteit en Downsyndroom, mensen met Down hebben 50% meer kans op depressiviteit dan anderen. Iets wat ik ver weg had gestopt omdat hij ook zo vrolijk kan zijn. Maar soms ook niet zo vrolijk…….
Was het voor hem in stilte wel Blue Monday geweest? Zonder dat hij wist van het bestaan ervan en zonder dat wij de link hadden gelegd? Zonder dat hij het kon uitleggen?Waren we dan zo bezig geweest met alles eromheen dat we hem niet hadden gezien?
En ik dacht terug aan de dag van gisteren. De maandag die voor mij best goed was verlopen. Maar voor mijn kleine mannetje dus niet. En ik had het kunnen weten. In mijn hoofd liep ik die maandag nog eens door. Hij kwam s’morgens al bij ons liggen om te zeggen dat hij niet naar school wilde. Hij wilde niet hard werken. Toen ik zei dat het moest omdat het weekend voorbij was en het weer een gewone dag was zei hij: nee het is geen maandag, het is Stomdag. En terugkijkend op die dag, besefte ik hoe mopperend en moe hij de dag had uitgezeten. Het bleef voor hem Stomdag die dag.
Ik zet Stomdag voor volgend jaar alvast in mijn agenda :Ik ga die dag en alle andere dagen dat hij zich niet echt stralend voelt reserveren voor hem. Ik zal er voor hem zijn en hem aaien en kusjes geven. Totdat het weer weg ebt. Ik beloof het mijn lieve kleine man……